uit: Rockin Soundbox 1980 onder redaktie van: Bert & Loeki van der Goot en Bert & Joke Schoonhoven. Met dank aan Ella voor het beschikbaar stellen van het boekje.

 

De grafische school te Amsterdam, een oud gebouw in zuid, ik zag het daar helemaal niet meer zitten dat derde en laatste Jaar daar. Mijn enige goede cijfers haalde ik voor spijbelen en tekenen, de rest lapte ik aan mijn laars. (Toen al maat 46 in '73).Een goede vriend van mij was al van school gegaan en had een baan als leerling bij een grafisch bedrijf. Toen de uitreiking van het paasrapport naderde besloot ik ook mijn biezen te pakken, dat deed ik door de klas uit te lopen met mijn rapport tijdens de uitreiking en nooit meer terug te komen. Ik zette mijn part-time baantje voort, maar nu full-time inplaats van alleen zaterdags. Die laatste dagen op school had ik voor het eerst kennis gemaakt met de rock & Roll. Het was een uitzending van Brian McKenzy's Rock & Roll show, iedere vrijdag avond van tien tot twaalf uur op radio Noordzee. Voordien had ik geen interesse in muziek, omdat er simpelweg niets was dat mij interesseerde. Op mijn werk kon ik van een collega een recorder kopen, vanaf het moment dat ik dat ding had, barstte de R&R in mijn leven los. Iedere vrijdagavond zat ik aan de radio gekluisterd in de huiskamer, meestal moest ik stoppen van mijn vader, omdat mijn ouders wilden slapen. Spoedig kocht ik zelf een radio, zodat ik in mijn eigen kamer ongestoord kon opnemen. Mijn persoonlijke hits uit die dagen: Sixteen tons, Suspicion, Poetry in motion, alle Bill Haley en Let's dance. Mijn trouwe vriend (Ron Visser) was platenexpert, vaak ging ik naar hem toe om op te nemen. Van bordenwasser bij V & D werd ik verkoper op de doe-het-zelf afdeling. Mijn verzameling radio opnames groeide, gelijk met mijn reputatie als buitenbeentje in de buurt, waar alleen maar soul-figuren woonden. Begin '74 begon ik voorzichtig met kuifen te kammen, mijn eerste kuif bevatte klitwortelolie later pindaolie, Becel-boter en uit- eindelijk brylcream. uit: Rockin Soundbox 1980 onder redaktie van: Bert & Loeki van der Goot en Bert & Joke Schoonhoven. Met dank aan Ella voor het beschikbaar stellen van de boekjes.Op een avond keek ik in de krant bij de films, ik kon mijn ogen niet geloven, er ging een film in premiére genaamd "AMERICAN GRAFFITY" Ron en ik hebben die film vele malen gezien, het is een klassieker die iedere rocker moet zien. Deze film was aanleiding voor mijn eerste plaat. Voorheen was ik een koppige recorderfanaat, ik dacht alles wel even op te nemen. De plaat was een dubbelelpee met alle songs van Wolffman Jack uit de gelijknamige film. Ik kocht een speelgoed pickuppie voor f 49,= bij van Pool tot Pool. Nu begon ook mijn platenkollektie met de week te groeien, ook begon ik mijn banden in archief te brengen. Broeken net smalle pijpen waren bijna niet te krijgen, mijn eerste outfit was een rooie broek met wijde pijpen en een hawai hempie. Toen was er plots de Rock&Roll methode van Felix Meurders en ook nog een programma genaamd het R&R gebeuren van Ad Visser en Gerard van Dijk. Ik werd lid van het blad Vijfenzestig-min van Gerard van Dijk. Volgens Ron zouden The Hellraisers uit Engeland optreden in IJmuiden, dus wij op onze Benelli-brommers er naartoe door de ijskoude december-nacht. Ik had een rockersjasje gemaakt van een oud corduroy colbert dat ik had voorzien van glimmende sterren en knopen.Het was een daverend feest in IJmuiden, wij met nog een paar rockers stalen de show met "twisten". Het contact ,met Ron werd minder en ieder gingen we onze eigen weg. mijn collectie platen- en banden had die van Ron allang overtroffen. Toen kwam ik in contact met de 11 Platenboer" een R&R platenzaak in Amsterdam, waar ik elke.week veel platen kocht. Via hun kwam ik aan alle informatie over R&R meetings. De eerste goede meeting was in de Harmonie te Tilburg, begin '75 waar de Flying Saucers optraden. Ik ging erheen met de trein en kleedde me in het toilet om tot rocker. De R&R in Nederland was weer helemaal aan het opleven. Ik was dus geen uitzondering, de zaal was vol met echte R&R fans. Zo'n meeting werd ieder half jaar georganiseerd, met vele oude en nieuwe R&R artiesten, ik werd een trouwe bezoeker van dit evenement. Na verscheidene verkopersbaantjes ging ik begin 1976 bij Fokker werken waar mijn bijnaam spoedig "Elvis" was, omdat de kuif er nu voorgoed in bleef. Toen ik een elpee van Gene Vincent kocht was mijn draaitafel onafgebroken bezet door deze elpee, het nummer "Jump back honey jump back" maakte mij voorgoed fan van deze oerrocker, binnen een maand had ik alle platen van hem. Mijn favoriete Gene Vincent nummers zijn : "You better believe", "Cruisin" en "Bop Street". Altijd ging ik alleen naar meetings. Als ik in mijn pak uit '56 op weg ging keken al die commerciële stakkers mij vreemd aan. Via mijn ouders kon ik goedkoop vliegen, zo ging Wimpy (dat ben ik) eind 1976 naar New York, waar vele geweldige R&R platen mijn eigendom werden. Nu was het mijn wens een echte jukebox uit de jaren 50 te bemachtigen. Mijn verzameling fifties kleding begon ook al wat te lijken. 1977 en 1978 waren de jaren van de U.S.A. eerst nog een keer naar New York achter de platen aan, toen naar de stad van Al Capone, waar ik wederom met vele unieke platen de deur uitliep. Ik woonde inmiddels in de bijlmer, waar mijn hele huis in vijftiger-jaren stijl is ingericht. Kompleet met een Rock-Ola uit 1955, een flipperkast uit 1959 en een collectie prachtige radio's uit de Jaren 1949 tot 1962. Na een telpartij bleek ik 466 elpees te bezitten, 250 singles en 20 banden R&R muziek van de radio. Ik sukkelde zo voort als eenzame rocker, in de zwarte uithoek van Amsterdam. Volgens de radio begin 1980 was er in Monster een R&R avond, dus ik zoals gewoonlijk er in m'n eentje naartoe. Mijn tweedehands Saab model '96' van 6 jaar oud bracht mij zonder problemen naar die uithoek van holland, waar ik spoedig het zaaltje in de Choorstraat vond. De muziek en vooral de sfeer waren in dat kleine lokaaltje uit de kunst, misschien nog wel beter dan de grote meetings in Eindhoven. (Eerst Tilburg en nu in Eindhoven). Daar maakte ik kennis met een "Bopcat" uit Ansterdam, genaamd Gert. Ik sprak af naar het cafe de "Pub Inn" te komen de volgende zaterdag, daar zouden de BopCats mij even inwijden als lid. Ik maakte die avond kennis met even uitzonderlijke knakkers als mijzelf. Voortaan trok Wimpie "Flat- foot" er samen op uit met de BopCats. Het is nu 9 september 1980, we zijn inmiddels naar Engeland geweest waar de halfjaarlijkse "Weekend Hop" wordt georganiseerd in de badplaats Great Yarmouth. Dat was een onvergetelijke meeting drie dagen lang in twee zalen topgroepen uit Engeland en de States onafgebroken spelend met als grandiose nieuwkomer het "Blue Cat Trio". Dit is een groep helemaal in de stijl van de geweldige Gene Vincent and his Blue Caps. De sfeer was er als in een flashback from the fifties, oude karren, fantastische zalen, teddyboys en wij met de Cadillac van Marc Gregoire.

Als vaste plaats hebben wij, de Bopcats, het koffiehuis van Ko in het centrum van Amsterdam. Oktober gaan we allemaal naar Engeland naar de Weekend Hop samen met de 'Rockin Rebels' uit Eindhoven, wij zullen Engeland even laten zien dat ook in nederland ROCK AND ROLL FOREVER LIVES!!!!

de Leeuw Alias Flatfoot en zijn auto genaamd BOBBELTJE.