Nog
even vastsjorren mijn matras en mister Flatfoot en zijn auto Bobbeltje
zijn gereed voor het vertrek naar Engeland! Het is donderdag, 16 oktober
1980. Om 7 uur hebben we afgesproken bij het koffiehuis van Ko, ik
heb nog maar een halfuur. Een groot gedeelte van de Bopcats gaat naar
Engeland, ook de Haarlemse Coolcats met hun reusachtige Caddillac
zijn van de partij. Na wat gekwebbel over koffers en plaatsen vertrekken
we eindelijk, weg uit “Discodam”. De stoet is 6 wagens lang en dwingt
bij veel voorbij-gangers respect af door de Caddy, Zephyr en Dodge,
we lijken wel een stel gangsters. Na een werkelijk gesmeerde rit boeken
we in voor de boot die van Hoek van Holland vertrekt. Een verlopen
paspoort is het enige probleem, gelukkig wordt dat met een toeristenkaart
in orde gemaakt. We rijden vlot de boot op. Aan boord pikken we meteen
de discotheek in, helaas zitten er in de Rock-Ola maar enkele R &
R-platen, die we 100 keer draaien. De Rockin Rebels uit Eindhoven
zitten helaas op een andere boot. Laat in de avond gaan we naar onze
gepikte of gehuurde hutten waar de zee en wind ons in slaap rocken.
Slaperig maar popelend wachten we next morning tot we van boord kunnen.
Gelukkig komen we zonder problemen van boord door de douane, alleen
het bed boven op Bobbeltje roept wat vragen op. Na wat vreemd gewiebel
met de auto's vanwege linksrijden gaat de stoet op weg. Regen, regen
en nog eens regen, die vroege ochtend. Het landschap laat zich moeilijk
temmen onder onze Nederlandse wielen, heuvel op en heuvel af. Hoe
langer we rijden, hoe toffer wij ons gaan voelen, wetende dat ergens
aan de horizon de Rock 'n Roll op ons wacht! De karren houden zich
goed, langzaam glijden we dorpie in en uit. In de wagens draaien we
natuurlijk pittige R & R. Overal staart men ons aan, alsof wij de
duivel zelve zijn. Een rotonde, dan rechtdoor…… JA!!! Hier links is
de ingang van Ladbrokes Caister Holiday Centre! Eindelijk rijden we
Rock & Roll city binnen, sommige voor de 2e keer, die weten wat ze
kunnen verwachten. Straks beginnen de eerste bands al te spelen. Ons
geluk is groot, want de huisjes die we toegewezen krijgen zijn erg
dicht bij de 2 zalen, mijn meegenomen matras blijk ik niet eens nodig
te hebben. De Rockin Rebels hebben ook hun huissie vlak bij ons. Sommigen
beginnen meteen het terrein te verkennen, er blijken zeer veel fantastische
karren te staan. Het is knus in de huisjes, na wat gegeten te hebben
gaan we ons voorbereiden op de eerste big-evening! Het is koud en
de regen blijft onafgebroken doorzeiken, maar zelfs voor het ellendigste
weer valt er wel een passende R & R plaat te vinden, en dan vergeet
je het. Een wereld gaat voor ons open als wij “Neptunes Place”binnenstappen.
Langs de uitsmijters het pasje laten zien, trap op… en een enorme
glanzende dansvloer omgeven door winkeltjes en lichteffecten openbaart
zich aan je puntschoenen. Het is net alsof je in een geweldige R &
R film meespeelt, de sfeer kan ik niet op dit papiertje nedertikken,
je moet er zelf naartoe. Langzaam stroomt de grote schemerige zaal
vol met rockers, allemaal popelend om in hun vaak benijdenswaardige
outfits te gaan dansen. Uit de speakers dendert onaf-gebroken het
beste uit de fifties, de menigte deint als bezeten dansend mee, een
normaal mens kan niet stil blijven staan, ik ook niet. Terwijl de
eerste bands beginnen te spelen ga ik op het bordes staan, zo heb
ik een prachtview. Vaak is de discotheek beter dan een live-optreden,
de mensen worden dan nog meer opgezweept, omdat de muziek fantastisch
is. Het wordt steeds drukker, ook de “mods” zijn weer van de partij
maar die houden zich nog rustig. Er is weer volop te koop op het gebied
van platen, kleding en ander R & R spul. In “Neptunus” zijn 3 platenwinkels,
2 kledingkramen, 2 bars en een restaurant. Het bier is er niet lekker
en zonder schuim. Ook de kleine zaal is open, de sfeer daar is erg
goed, daar zin 2 winkels en een bar, erboven is de bios. Deze eerste
avond traden op Gina & de Rockin Rebels, Blue Cat Trio, Remember This,
Black Jacks, Shades en ertussendoor de uitstekende discotheek “Wildwax”.
Suizend van de muziek en dronken van het bier en de R & R gaan we
's nachts terug naar onze hutjes. De zalen sluiten maar het blijft
rumoerig in Rock 'n Roll-city. uit: Rockin Soundbox 1980 onder redaktie
van: Bert & Loeki van der Goot en Bert & Joke Schoonhoven. Met dank
aan Ella voor het beschikbaar stellen van het boekje.Zaterdagochtend
halen we zakken vol lekkers in Great Yarmouth. Rond ons huis ontwaakt
American Graffity, sleeën uit de 50er jaren deinen langzaam voorbij.
In het dorp ben ik op zoek naar kleding maar alles is veel te klein
en krap voor mijn Hollandse lijf. Onze vriend de regen blijft gezellig
bij ons. Het wordt later, straks barst in R & R city de tijdmachine
weer open. Het kacheltje werkt perfect en de thee smaakt goed, we
hebben flink wat te eten gehaald. Vanavond trek ik mijn roze pak aan.
In de “Caddy” rijden we die paar meter naar de grote zaal die net
open is. Op de dansvloer swingen weer de mensen, uit de speakers dreunt
de R & R muziek. Vanavond het hoogtepunt. Op het programma staan Carl
Perkins, en Jack Scott voorafgegaan door de Cruisers en ertussen weer
platen van “Wildwax”. Het wordt met de minuut gezelliger, vanavond
is iedereen in z'n beste R & R outfit, de meisjes hun mooiste petticoats.
Er wordt volop gefotografeerd, ook de huisfotograaf rent op en neer,
zijn foto's zijn de volgende dag te koop voor een te hoge prijs. Jack
Scott valt tegen, teveel country, maar Carl Perkins is goed, hij is
in al die jaren niet veranderd, tijdens het optreden van de Shades
beginnen de Mods raar te doen. De zaak dreigt uit de hand te lopen
als de Rockin Rebels in de buurt gaan staan, dan tijdens het optreden
van de Polecats breekt er een ruige knokpartij uit. Het is gelukkig
binnen een kwartier weer rustig. Wildwax begint weer en de dansvloer
vult zich met boppers en paartjes. De kleine zaal is ook stampvol
en erg gezellig, tussen de 2 zalen loopt een ononderbroken stroom
van rockers en ted's op de parkeerplaats rijden de droomwagens af
en aan. Misschien is deze weekend-hop wel de beste ter wereld in zijn
soort. Het restaurant veranderd langzaam in een vuilnisbelt, de verkopers
in de winkels en achter de bars worden steeds bezweter en draaien
op volle toeren. Het is en blijft deze avond als in een film, veel
mensen dansen als gehypnotiseerd op de fabelachtige platen uit betere
tijd. Maar ook aan deze avond komt een eind, het wordt stiller, langs
de randen van de dof gerockte dansvloer heeft zich een enorme troep
verzameld, men is de hele nacht in de weer om alles weer op te ruimen
en het parket weer te polijsten tot chroomglans. Terwijl de regen
tegen het engelse huisje tikt zitten we weer aan de boterhammen met
pindakaas en thee bij te komen van de droom deze avond. Deze 2e R
& R nacht is het rustig, iedereen is uitgeput, buiten wachten de oude
sleeën zwijgend en trouw op hun baas. Zondagochtend, een felle regenboog
priemt door de engelse hemel, eindelijk wat zon, iedereen is uitgerust
voor de laatste dag in R & R city. Voor het eerst zie ik in de bios
Johnny Burnette, Lavern Baker en Franky Lymonn bewegen in zwart-wit.
We maken met de Caddillac een uitje naar de boulevard, het is er winderig,
maar de pier met zijn speelhal en kermis zijn zonder meer geschikt
voor een R & R film! Ik hang er met mijn revolver de gangster uit.
In het kleine zaaltje zien we nog even de Blue-Cats optreden, die
helaas helemaal veranderd zijn, de saxofonist heeft zijn blonde haren
voorzien van rode strepen, die is dus ook besmet met een punkgezwel.
Nog even wat kopen in een van de winkels en dansen op de glanzende
vloer, over enkele uren vertrekken we weer voor een halfjaar naar
Nederland. De koffers zijn gepakt en iedereen wil eigenlijk langer
blijven, maar ja de meeste moeten morgen meteen weer aan het werk.
Na een laatste fotojacht op de vele mooie wagens, begin ik mijn matras
op de trouwe Bobbel te binden. Iedereen is aanwezig, we kunnen vertrekken.
Sommigen, waaronder ik, moeten tanken, dat is hier een heel gezoek,
want veel stations hebben geen four-star (super) maar ook dat was
na 10 x heen en weer rijden opgelost. Voor de laatste maal rijden
we langs R & R City, de lange trip home voor ons. In mijn wagen draait
“Cruisin 1958” het is een prachtige, bijna glijdende rit, de lucht
is bloedrood van de ondergaande zon, waardoor de contouren van vooral
de Caddy bijna horrorachtig afsteken tegen de licht bewolkte hemel,
ik zal deze rit niet snel vergeten. Het is bijna pikdonker, in de
wagens is het aangenaam, met een constante vaart van 60 km/pu suist
het engelse asfalt onder onze konten door. We stoppen slechts 1 keer
omdat de meeste het niet meer ophouden. Het is wel inspannend rijden
in het aardedonker aan de linkerkant, maar we bleven onafscheidelijk.
Als een rups kronkelde de stoet met 12 witte en 12 rode lichten richting
boot. Plots verliezen we de Caddy, niet ver van de boot, waar is ie?
Na het dorp afgestroopt te hebben blijkt het slagschip al bij de boot
te staan. We zijn net op tijd, de wagens kunnen nog net op een schuine
helling in de boot parkeren, wat een gein! Dit keer zijn de Rockin
Rebels met ons op de boot, dat wordt dus lachen. Ik ga weer proberen
een hut in te pikken, mij te duur om te huren. Wij hebben een hoek
van het schip veranderd in ons domein, Rooie Elvis is nog steeds de
Big Boss van de Rockin Rebels. Er wordt volop bier gehesen, voor iedereen
is het allemaal veel te kort geweest. De boot verwijderd zich van
de kust. Er worden weer sterke verhalen verteld door Rooie Elvis.
Er wordt een klein portable recordertje tevoorschijn gehaald en de
R & R snerpt door het restaurant. Bladen vol goudgele pilsjes reizen
van de bar naar onze corner. Het wordt later, de meeste mensen zijn
al naar hun kooi, ons hoekie begint ook al slaapverschijnselen te
vertonen. De zee is behoorlijk wild, de plaat "Sea Cruise" past perfect
bij deze sfeer. Ik kan geen hut vinden en slenter met nog een paar
over het schip. Uiteindelijk blijf ik met nog een paar anderen maar
op. Af en toe valt mijn kop naar beneden van de slaap, heel in de
verte ziet men achter de golven een glimp van een Nederlandse vuurtoren.
Het is stil aan boord, ik zit met een Rockin Rebel aan een tafel en
laat wat flesjes rollen over de vloer. Door de dichte gordijnen is
de felle flits van de vuurtoren al erg duidelijk te zien. Sommigen
worden weer wakker en komen bij ons zitten, overal liggen mensen te
slapen, het lijkt wel oorlog. Over enkele uren zullen we van boord
gaan, terug naar huis en werk. Ik heb nog vrij, we zullen weer rechts
rijden, met het idee dat we terug zijn uit de tijdmachine. Over 6
maanden gaan we weer en elke keer gaan we met tegenzin naar huis,
dat weet ik zeker!
Wimpy
“Flatfoot” de Leeuw. 2 november 1980.